[vc_row padding_top=”0″ padding_bottom=”0″][vc_column][vc_single_image image=”9436″ img_size=”800X400″][/vc_column][/vc_row][vc_row padding_top=”0″][vc_column][vc_column_text]‘Annemarie,’ zei Martyn, partner bij PricewaterhouseCoopers (PwC) en mijn baas, ‘ik geef je de opdracht om zo snel mogelijk naar de top van deze berg te fietsen. Maar de tijd stopt pas als iedereen boven is. Wie als eerste boven is, vind ik niet belangrijk. Ik zet de stopwatch nu aan.’
Ik was 27 jaar en werkte net een maand als IT consultant bij PwC. En ik vond het maar een vreemde opdracht. Ik stond in de startblokken en zou mijn collega’s wel even laten zien hoe hard ik kon fietsen, ook al was ik de enige vrouw in de groep. Toen enige tijd later de meesten hijgend op de top stonden zag ik tot mijn schrik dat er nog een klein groepje moeizaam aan de laatste klim naar boven was begonnen. ‘Kom op, jongens, die duwen we met z’n allen even omhoog,’ riep ik en even later stonden we allemaal boven. Ik kreeg een warme glimlach van de wat stevige jongen die achteraan fietste en met wie ik het laatste stuk meefietste.
De volgende ochtend riep Martyn me bij zich en vroeg wat ik van deze oefening had geleerd. ‘Dat het misschien niet om mijn prestatie draait, maar dat het belangrijk is in contact te blijven met mijn groep en dat alle teamleden – die het werk moeten doen – het tempo kunnen bijbenen?’
‘Mooi, dat heb je snel geleerd en onthoud deze uitspraak maar om het niet meer te vergeten:’
Alleen ga je sneller, samen kom je verder
Ondertussen zijn we ruim twintig jaar verder en deze les is me altijd bijgebleven. Ik hoor het Martyn zo weer zeggen als ik voor de troepen uit dreig te gaan en me enigszins geïrriteerd afvraag waar iedereen blijft.
In een van mijn laatste opdrachten – als IT projectmanager bij een (kleine) financiële instelling – viel me op hoe lastig het was om mijn projectteam bij elkaar te krijgen om de aanpak te bespreken of samen de oorzaak van testbevindingen te achterhalen. Het leek wel normaal te zijn dat mijn programmeurs niet kwamen opdagen bij overleggen. Zo was ik een beetje beduusd toen de twee ontwikkelaars mijn uitnodiging voor een belangrijke klantmigratie per ommegaande weigerden. Zonder uitleg. Toen ik vervolgens het IT hok inliep om dit met hen te bespreken, stuurde IT manager Jeroen mij weg ‘omdat projectmanagers de techneuten alleen maar van hun werk houden.’ Even later, tijdens de lunch, werd ik aangesproken door een van de MT leden dat Jeroen over mij had geklaagd omdat ik ‘zijn’ jongens lastig viel. Was dit nou dat project waarvan het MT mij op het hart had gedrukt dat het de hoogste prioriteit had?
Langzaam begon ik het gedrag van de beide (jonge) ontwikkelaars te begrijpen. Als je manager het niet nodig vindt dat je eigenaarschap pakt in een project of gemaakte afspraken nakomt, waarom zou je dat dan wél doen? En als hij je opdraagt alles uit je handen te laten vallen om een klus voor hem te doen dan doe je dat en stel je verder geen vragen. Een organisatie is vaak een afspiegeling van hoe de leidinggevende stuurt. Medewerkers voelen zich tot op bepaalde hoogte afhankelijk van hun baas en passen hun gedrag aan hem of haar aan.
Voorbeeldgedrag is een krachtig middel. Het kan het verschil maken tussen een veilige werkomgeving waar je tijdens een teamuitje subtiel gewezen wordt op een belangrijk leerpunt tot een onveilige omgeving waar je een eigen mening mag hebben, zolang je het maar met je leidinggevende eens bent.
De leidinggevende is – door het zelf te laten zien – een belangrijke factor in het slagen of falen van gewenste veranderingen. Wanneer de medewerker niet functioneert is er een probleem maar wanneer de manager slecht leiderschap toont is dat een probleem vermenigvuldigd met het aantal medewerkers dat wordt aangestuurd.
Ik moest ineens weer denken aan een uitspraak die ik recent in een online artikel van MT Insights las (20 februari 2019, Tica Peeman). Het was even googelen om hem terug te vinden maar deze bewering is wat mij betreft helemaal waar:
Niets werkt goed top-down, behalve voorbeeldgedrag[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]
Dank!