[vc_row][vc_column][vc_column_text]
Interview met Joop Schefferlie, President IPMA-internationaal
Joop Schefferlie, bij veel leden bekend als voormalig voorzitter van IPMA Nederland en huidig directeur van IPMA Certificering, is verkozen tot president van IPMA-internationaal. Het is voor het eerst in de 55-jarige geschiedenis van IPMA dat een Nederlander is gekozen in deze rol. Reden genoeg voor een vraaggesprek met Joop Schefferlie, over de plannen die hij heeft voor zijn ambtstermijn, de ontwikkeling van het vak en de rol van projectmanagement in de huidige samenleving.
“De afgelopen jaren zijn we anders gaan kijken naar leiderschap. Dan heb ik het niet alleen over leiderschap in algemene zin, maar zeker ook over leiderschap in projecten. We zijn in het verleden gewend geweest aan directief leiderschap. Vroeger had je een projectleider en die was de baas. Hij wist alles beter, hij wist hoe alles moest. Hij stuurde direct aan, en als hij bijvoorbeeld vond dat een ondergeschikte moest overwerken dan had diegene dat maar te doen. Hij stuurde op zichtbaarheid.”
“De moderne leider zit veel meer op adaptive leadership. Zo iemand is in staat om een goed team te formeren, en om het team te laten shinen en steeds weer de goede dingen te laten doen. In dat team zitten mensen die dingen beter kunnen dan de teamleider zelf. Het is veel meer, om het maar met een moderne kreet te zeggen, dienend leiderschap. Dat is belangrijk in projecten en zeker ook in de nieuwe omgeving waarin wij werken.”
“De connectie tussen de nieuwe methoden en het nieuwe leiderschap enerzijds en professionaliteit en vakmanschap anderzijds, die vind ik nog heel erg broos. Als ik de succesrate van klassieke projecten vergelijk met die in een agile-omgeving, dan is die nog steeds even slecht. Daar zit geen verbetering in. Dat zegt mij dat de beoefenaren van ons beroep hun vakmanschap nog lang niet goed genoeg op orde hebben. Het zegt mij ook dat we als beroepsgroep van hype naar hype vliegen, hopend dat we de golden bullet gevonden hebben die al onze problemen gaat oplossen. Maar zo werkt dat natuurlijk niet.”
“Ons vak gaat om mensen en om competenties. Een goed vakman is in staat om een complex project door een complexe organisatie te loodsen. Het is niet de methodiek of het framework dat leidt tot succes, maar jij als mens.” [/vc_column_text][vc_video link=”https://vimeo.com/483480008/22e56aa62a” align=”center”][vc_column_text]Agile Leadership
Het was in die overtuiging dat Joop Schefferlie in 2019 een heel nieuwe productlijn lanceerde: IPMA Agile Leadership. “In de markt was het beeld ontstaan dat IPMA niet meer zo relevant was”, herinnert Schefferlie zich. “Bedrijven in de financiële sector en IT stopten met projecten en ontsloegen hun projectmanagers. IPMA, PMI en PRINCE2 waren uit. Maar dankzij de certificering in Agile Leadership hebben we gelukkig weer toegang tot de markt.”
“Het gaat goed met deze certificering. We zijn nu een jaar bezig, en inmiddels certificeren we niet meer alleen op IPMA-D en IPMA-C, maar ook op B-niveau. En er is wereldwijd vraag naar bij onze zusterorganisaties. De Scandinavische landen, Portugal, Kroatië, Oostenrijk, Tsjechië en Slowakije certificeren al. Daar ben ik heel trots op. Het is een product van IPMA Nederland, en dat geeft ons zichtbaarheid wereldwijd.”
Strategisch plan
Schefferlie vermoedt dat zijn betrokkenheid bij deze nieuwe certificering een van de redenen is dat hij gevraagd werd om zich te kandideren als president van IPMA-internationaal. Voor Schefferlie, die vier jaar geleden was toegetreden tot het bestuur van IPMA-internationaal met als portefeuille certificering, was dit verzoek aanleiding om het strategisch plan te schrijven dat hij tijdens zijn zittingstermijn wil gaan verwezenlijken.
“Speerpunt 1 in onze strategie is membership”, vertelt Joop Schefferlie. “En in de context van IPMA-internationaal betekent membership niet de individuele projectmanager, maar de aangesloten landen. We hebben de afgelopen jaren veel kwantitatieve groei gezien, er zijn een hoop landen bijgekomen. 73 landen zijn nu lid. We vinden dat we nu kwalitatief moeten groeien. Landenverenigingen moeten sterker worden en beter in staat zijn om het productportfolio van IPMA aan de man te brengen.”
“Nederland is een middelgroot land voor IPMA met een certificeringsbedrijf, een goedlopende vereniging en een actief bestuur. Kijk je naar een land als Bulgarije: daar hebben we één vrijwilliger. Die is de opleider, het certificeringsbedrijf en de assessor. Daarnaast bestuurt hij de vereniging. En dat doet hij allemaal naast zijn baan.”
“Dus de volwassenheid van de landen is nogal divers. En de ambitie is om dat te versterken, onder andere door landen met elkaar te verbinden en ervaringen en best practices te delen.”
“Speerpunt 2 is digitale transformatie. Die stond al in de strategie voordat corona uitbrak, maar ongewild worden we nu gestimuleerd om heel grote stappen te maken. Dat gaat goed, maar dat blijft de komende jaren doorlopend een kernpunt.”
Schefferlie noemt voorbeelden als het digitale examenplatform, ontwikkeld door IPMA Certificering in Nederland, dat nu door steeds meer landen wordt overgenomen, en IPMA Young Crew, dat zijn wedstrijden en onderlinge samenwerking volledig digitaal laat plaatsvinden.
Minder vliegen
Daarnaast maken IPMA’s evenementen een grote verandering door, schetst Schefferlie: “Het congres dat eerst in Sint-Petersburg zou plaatsvinden hebben we nu alleen digitaal gedaan. Meer dan tachtig keynotes verdeeld over vijf dagen, duizend deelnemers uit meer dan zeventig landen, met aan het slot de IPMA Awards ceremonie, dat was echt fantastisch. We leren ervan en je krijgt een heel ander kostenmodel. Voorheen waren we veel geld kwijt aan locaties, hotels, restaurants, vervoer; nu is dat niet zo.
Meer digitaal doen om minder te hoeven vliegen is überhaupt een wenselijke ontwikkeling, vindt Schefferlie: “We hebben ook een verantwoordelijkheid naar onze omgeving. Het vele reizen kostte de landen bakken met geld, en het was slecht voor het milieu. We gaan nu terug van twee naar één meeting per jaar voor de Council of Delegates, en dat scheelt hoge kosten voor vliegtickets en accommodaties.”
“Het derde speerpunt is Alliances & Partnerships. Grote organisaties, zoals het IOC, de EU, de Europese Centrale Bank of IBM doen het merendeel van wat ze doen projectmatig. Soms zonder dat ze dit zelf doorhebben. Ik vind dat IPMA zich zou moeten verbinden aan dit soort organisaties om zo een bijdrage te leveren aan de professionalisering van het vakgebied. Dat doen we tot nu toe te weinig, en dat is een gemiste kans. Ik zie het als mijn taak om daar een verandering neer te zetten de komende drie jaar.”
“Het vierde speerpunt is governance. De manier waarop we met elkaar samenwerken met al die 73 landen moet soepeler, vind ik. We moeten stappen zetten om te professionaliseren.”
Andere accenten
“Ik ga zeker andere accenten leggen dan mijn voorganger”, kondigt Schefferlie aan. “De huidige president, Jesús Martínez Almela, heeft de nadruk gelegd op membership. Als Spanjaard is hij in staat geweest om Zuid-Amerika voor IPMA te ontwikkelen.” (Lacht.) “Maar ik spreek nul Spaans.”
“Ik vind het mijn taak als president om met partnerorganisaties, relaties, concurrenten en klanten aan de slag te gaan en te verbinden. Daarom komt de portefeuille Alliances & Partnerships ook bij mij te liggen. Temeer omdat bij de ondertekening van grote contracten de voorzitter zijn handtekening moet zetten—dan is het handig als ook het voortraject bij mij ligt.”
“Ik wil beweging creëren aan de kant van de klanten. IPMA is een soort familie en dat is een mooi gegeven, maar we zijn ook een bedrijf. We moeten toegevoegde waarde tonen, anders bestaat IPMA op termijn niet meer. Ons productportfolio moet zo aantrekkelijk zijn dat bedrijven het willen hebben. Dat ze hun organisatie door IPMA willen laten toetsen, dat ze hun mensen IPMA-gecertificeerd willen hebben en dat ze goede projecten willen doen. Dat kan alleen maar als je in contact bent met die bedrijven. IPMA heeft een sterk concept maar nut het te weinig uit.”
Environment & Diversity
“Dan is er nog een officieus speerpunt, maar wel heel belangrijk in mijn ogen, en dat is Environment & Diversity. Om met die laatste te beginnen: we zijn nu te veel een club van witte grijze mannen. Dat vind ik niet oké. Daarmee zijn we geen goede afspiegeling van de beroepsgroep van veranderprofessionals. Daar horen mensen bij uit meer culturen, en ook meer vrouwen. Dat voegt in alle opzichten wat toe, en is een afspiegeling van de wereld waarin we leven.”
“In het bestuur van IPMA-internationaal zijn vanaf januari drie van de zeven leden vrouw, en dat is al een verbetering met twee. Daar ben ik blij mee. En laat duidelijk zijn: ze zijn goed. Het heeft niets te maken met een quotum of iets dergelijks.
“Environment heeft twee kanten. Allereerst het milieu: als het niet echt nodig is, gaan we niet meer vliegen. Het andere aspect is de maatschappelijke omgeving waarin IPMA opereert. Wij zien een rol voor onszelf weggelegd in de nasleep van catastrofes zoals natuurrampen, waarin projectmanagers kunnen helpen bij de wederopbouw van bijvoorbeeld scholen en ziekenhuizen. Een projectmanager uit dat gebied wordt dan bijvoorbeeld ondersteund door professional vanuit IPMA om te zorgen dat een project in bijvoorbeeld Peru of Nepal beter loopt. Ik vind dat we dan iets bijdragen aan deze wereld.”
“We zijn in een heel wonderlijke wereld terechtgekomen”, constateert Joop Schefferlie. “Van aan de ene kant digital disruption, die de wereld steeds sneller verandert. Kijk naar AirBNB en Uber: dat zijn miljardenbedrijven zonder hotels of taxi’s. Dat zet de wereld op zijn kop. Daarnaast leven we nu in een situatie die we ons een jaar geleden niet hadden kunnen voorstellen. Als we niet thuiszitten, lopen we wel rond met een mondkapje. Dat geeft veel onzekerheid, maar het biedt ook kansen. Misschien heb je iets meer gelegenheid om stil te staan bij je vakmanschap. Tegelijk geloof ik niet dat de huidige situatie veel invloed heeft op de mate waarin we projectmatig werken in Nederland.”
“Zo’n 40 procent van alles waar we als samenleving tijd en geld in stoppen gebeurt projectmatig. Ik denk niet dat dat veranderd is. Als je goed bent in ons vak, kun je goede en leuke dingen doen en een bijdrage leveren aan de nieuwe setting waar we in komen. In Utrecht wordt een XL testcentrum voor Covid-19 gebouwd; dat lijkt me een project. Negen miljoen mensen inenten, dat is ook een project. Het vak blijft relevant.”
Cultuurverschillen
“Ik volg op dit moment een online training over interculturele communicatie. Ik wil de cultuurverschillen tussen Europa en Azië graag beter begrijpen. Dan heb je het over thema’s als hiërarchie, vertrouwen, gezichtsverlies, besluitvorming, enzovoort. Ik wil graag leren hoe je die verschillen kan overbruggen. Enerzijds omdat ik het leuk vind, maar ook omdat ik weet dat ik de komende tijd met landen in Azië tot overeenstemming moet komen. Want Azië is ons groeigebied.”
“IPMA moet het hebben van onderlinge harmonie, maar om die te bereiken met 73 landen is niet makkelijk. Ik hoop dat mijn stijl van leidinggeven aanslaat. Ik ben geen directieve baas. Ik stuur op vertrouwen, ik ben onderdeel van het team, ik heb niet de neiging om zelf in de spotlight te treden. Zo zit ik een beetje in elkaar.”
“Ik vind het ontzettend leuk om te doen. Het spel spelen, daar heb ik wel lol in. En eerlijk gezegd: ik vind het ook spannend. Maar als ik de komende drie jaar een steentje kan bijdragen aan beter projectmanagement in de wereld, dan ben ik tevreden.”[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_posts_grid loop=”size:12|order_by:date|post_type:post|categories:595″][/vc_column][/vc_row]